Afsluiting van het 800 jarig feest in Rome

Zr. Sara schreef deze brief aan de zusters na de afsluiting van het 800 jarig feest in Rome en de congres dagen die we ervoor hadden in het Angelicum.Maria en Jozef Rome 2

Vorige week hebben we als zusters van het algemeen bestuur samen deelgenomen aan het congres in Rome over de zending van de Orde, als afsluiting van het jubileumjaar. Meer dan 600 personen namen deel aan het intensieve programma van lezingen, workshops en podiumgesprekken, onderbroken door een cultureel aanbod in de middagpauze. De avonden stonden in het teken van een speciale plek: Eucharistieviering in de Santa Sabina, bezoek aan de grote synagoge, een Vesperdienst aan het graf van de H. Catharina van Siena en de zalige Fra Angelico in de Santa Maria sopra Minerva, en als afsluiting de Eucharistieviering met Paus Franciscus in de San Giovanni in Laterano, waar 800 jaar eerder de tweede bul t.g.v. de stichting van de Orde werd ondertekend.

De dagen waren vol impulsen, maar vooral vol menselijke ontmoetingen. En, zoals altijd, horen we de luide roep om hulp vanuit onze kapotte wereld. Zr. Ines, algemeen overste van de dominicanessen van de H. Rozenkrans met zusters in de Gazastrook, Jordanië, Libanon en Syrië vertelde over haar zusters die solidair met hen bij de mensen in Aleppo blijven. We hebben familie in Aleppo…. Aangrijpend was de roep om hulp van de broeder dominicaan, bisschop in Noord-Nigeria, die al het gepraat over interreligieuze dialoog op een gegeven moment gewoon niet meer uithield en zijn nood over de situatie in zijn land en het gevaar van Boko Haram uitschreeuwde.

Zr. Faustina vertelde eveneens over Noord-Nigeria, zr. Luma over Irak. Ook Pakistan werd genoemd, een Chinese medebroeder was er en het was iedereen wel duidelijk dat dit niet de enige plekken in nood waren.

Het deed wel goed om te horen, dat juist deze broeders en zusters zich gesterkt voelen door de internationale solidariteit en bemoedigd huiswaarts keerden.

Maar wat blijft, is het grote vraagteken ? En wij? Wat kunnen wij in godsnaam doen in deze nood? Het liefst koffers pakken en erheen reizen? Maar wat hebben ze daaraan?                                                                                                                           mission congress friday 02[202]

In die situatie hoorde ik een nieuwe uitleg van een heel bekende tekst – en die troostte me. Het ging over de roeping van Abraham en de spreker herhaalde de bekende woorden: “Ik heb de schreeuw van mijn volk gehoord en de ellende gezien. Daarom zend ik jou.” We hebben een “extraverte” God, die het schreeuwen hoort en dan diegenen zendt, die juist op deze concrete schreeuw antwoord kunnen geven.

Zending wordt niet bepaald door degene die gezonden wordt, maar is altijd antwoord op de roep van het volk. Daarmee wordt het uitgangspunt van de zending degene die zendt en niet degene die gezonden wordt. Dat dit risico’s met zich meebrengt, ligt voor de hand – we geven een stuk autonomie over ons leven uit handen, als we ons laten zenden.

Dat houdt me erg bezig. Het aspect dat het gemakkelijker maakt: God hoort elke schreeuw van zijn kinderen en van Zijn volk. Hij kan het hebben. Mijn/onze taak is “alleen maar”, de voor ons bestemde zending te herkennen, aan te nemen en te doen. We hoeven niet de hele wereld te redden, dat is Gods zaak – we hoeven ons alleen maar te laten zenden en als gezondene onze taak zo goed mogelijk vervullen.