Wij ontlenen de naam van onze congregatie Dominicanessen van Bethanië aan het verhaal van Martha en Maria, die Jezus in hun huis in het dorp Bethanië gastvrij ontvingen. Zo willen wij open en gastvrij zijn voor hen die bij ons komen. Zo willen wij proberen dienstbaar te zijn zoals Martha, en te luisteren naar het woord van God zoals Maria.

Dominicus, geschilderd door de 15e eeuwse fra Angelico.
Dominicus (1170-1221)
Dominicus Guzman werd omstreeks 1170 te Caleruega in Spanje geboren. In het jaar 1215 stichtte hij in de stad Toulouse, samen met enkele medebroeders de Orde van de Predikbroeders (Dominicanen). Vanaf het begin ging het vooral om de verkondiging van het evangelie en het heil van de mensen.
De opzet van de Orde was duidelijk: proberen om mensen te winnen en te herwinnen voor het christelijke geloof door persoonlijke benadering en gesprek. Met deze instelling groeide de Orde zeer snel. St. Dominicus stierf tijdens een missiereis te Bologna, op 6 augustus 1221.
Pater Johannes Joseph Lataste (1832-1869)

Jean-Joseph Lataste o.p.
Na bezinningsdagen gegeven te hebben in de vrouwengevangenis van Cadillac (Frankrijk) stichtte de dominicaanse pater Lataste samen met Henrica Dominica Berthier de Congregatie van de Dominicanessen van Bethanië.
Hij was gegrepen door de barmhartigheid van God en vanuit deze instelling wilde hij vrouwen met een ‘verleden’ de kans geven om, samen met anderen, gelijkwaardige leden van een kloostergemeenschap te kunnen zijn. Na zijn overlijden nam Moeder Henrica Dominica de leiding van Bethanië over.
Père Lataste werd in 2012 zalig verklaard als ‘Apostel van de gevangenissen’. Zijn feestdag is 5 september, zijn geboortedag.

Henrica Dominica Berthier op
Moeder Henrica Dominica Berthier (1822-1907)
Ze werd in 1822 geboren in Tours in Frankrijk. Zij was een sterke vrouw, die begaan was met het lief en leed van haar zusters en als een moeder met hen meeleefde in de strijd en moeilijkheden die zij soms op hun weg vonden. Haar grote zorg was de eenheid te bewaren.
Zij leefde en volbracht haar taak in een grenzeloos vertrouwen op Gods Voorzienigheid. Bethanië was arm en door inspannende arbeid van allen lukte het de Stichteres om de touwtjes aan elkaar te knopen en de zusters het meest nodige voor hun levensonderhoud te geven. Zij overleed in 1907 in Montferrand.